
De waka werd gepeddeld door Maori en door leden van de Koninklijke Roeivereniging Njord die hiervoor opgeleid werden. De figuur achterop (taurapapa) verbeeldt de god van de wind en oceaan, en beschermt de waka en de crew.
Wereldmuseum Leiden draagt sinds oktober 2010 zorg voor een waka taua, een ceremoniële boot gemaakt uit een waardevolle Kauri-boom, die Nieuw-Zeelandse Maori voor het museum maakten. Tegelijkertijd werd een waka tete overgedragen, een waka van glasvezel die door iedereen gebruikt mag worden. In dit wereldverhaal lees je over deze waka’s, en waarom waka’s bepalend zijn voor de identiteit van veel Maori, en ook een belangrijke rol spelen bij de jaarlijkse viering van Waitangi Day.
De waka werd gepeddeld door Maori en door leden van de Koninklijke Roeivereniging Njord die hiervoor opgeleid werden. De figuur achterop (taurapapa) verbeeldt de god van de wind en oceaan, en beschermt de waka en de crew.
De veertien meter lange waka taua die voor Wereldmuseum Leiden werd gemaakt kreeg de naam To Hono ki Aotearoa wat ‘Verbonden met Nieuw-Zeeland’ betekent. De geschiedenis van Nederland en Aotearoa - Nieuw-Zeeland - gaat terug tot 1642 toen de Nederlandse kapitein-luitenant-ter-zee Abel Tasman de noordelijke kust van het Zuidereiland aandeed. Deze twee waka’s geven de bijzondere band tussen Nieuw-Zeeland, Nederland en het museum weer.
Een waka is een belangrijk onderdeel van de Maori cultuur en identiteit. Om respectvol om te gaan met de waka’s werden er goede afspraken gemaakt, zoals een permanente crew - roeiers van de Koninklijke Leidse Roeivereniging Njord - die de tradities en de verschillende cultuurelementen kent en eerbiedigt. De crew heeft nog altijd nauw contact met leden van Toi Maori en de Nga Waka Federation (twee organisaties die Maori kunst en waka’s ondersteunen) en jaarlijks worden nieuwe leden opgeleid om met de waka te mogen varen.
In 2011 maakten Maori houtsnijders het karakteristieke botenhuis in de museumtuin - het thuis van deze twee waka’s.
Maori kwamen waarschijnlijk zo’n 800 jaar geleden van duizenden kilometers ver gezeild, met dubbelromp kano’s met driehoekige zeilen, van eilandengroepen uit de omgeving van de Cook-eilanden, en vonden onbewoonde eilanden. Het noordelijke eiland noemden zij Te Ika-a-Māui (de vis van Maui), het zuidelijke eiland Te Wai-pounamu (het water van nefriet). In Maori taal wordt Nieuw-Zeeland Aotearoa genoemd, een benaming die steeds vaker ook door niet-Maori wordt gebruikt. Aotearoa betekent 'land van de lange witte wolk', verwijzend naar de vorm die aan de horizon opdoemde.
Voor Maori is het van het grootste belang om de whakapapa - de stamboom - van de eigen groep te kennen, te weten waar iemand vandaan komt, wie de voorouders zijn. Iedere stam (iwi) of grootfamilie (whanau) weet met welke waka zij arriveerde, en hoeveel generaties er zijn gevolgd. Een grootfamilie omvat zeker drie generaties - grootouders, ouders en kinderen. Als Maori zich voorstellen dan vertellen zij tot welke waka zij behoren en met welke mythische waka de eigen groep in Nieuw-Zeeland aankwam.
Volgens de overleveringen reisden hun voorouders in zeven waka’s naar Nieuw-Zeeland: Tainui, Te Arawa, Mātaatua, Kurahaupō, Tokomaru, Aotea and Tākitimu. Veel familiegroepen hebben nog steeds een eigen waka waar zij tijdens speciale gelegenheden mee varen.
Tegenwoordig speelt een gemeenschapshuis (wharenui) in de marae (ontmoetingsgronden) een belangrijke politieke en culturele rol omdat Maori elkaar op deze plaats kunnen ontmoeten en waar bijeenkomsten van de gemeenschap zoals bijvoorbeeld volksvergaderingen gezamenlijk beleefd worden. Vroeger was de waka taua het voornaamste teken van tribale identiteit. De stijl van houtsnijwerk van Maori groepen verschilt maar vier hoofdmotieven komen overal voor: een menselijke figuur, manaia (bovennatuurlijke wezens), echte dieren en bepaalde geometrische patronen. In het houtsnijwerk van de hoge achtersteven van een waka zijn de god van de wind en oceaan, storm en zeestromingen uitgebeeld. Ook de lagere voorsteven en de romp zijn versierd met houtsnijwerk.
Het zeer harde hout van de grote bomen die in Nieuw-Zeeland groeiden was uitstekend geschikt voor het bouwen van brede stabiele kano’s. Een waka taua van wel dertig meter lang kan uit één boomstam van tōtara (Podocarpus totara) of kauri (Agathis australis) gesneden worden. Eerst werd heel zorgvuldig een boom uitgekozen, waarna een gepast ceremonieel uitgevoerd werd.
Waka taua’s werden oorspronkelijk als oorlogskano’s ontworpen om een grote groep krijgers zo snel mogelijk te vervoeren bij militaire expedities langs de kusten en in binnenlandse wateren. Ze konden tot honderd sterk getrainde krijgers dragen die, terwijl de oorlogskreten weergalmden, eendrachtig werkten onder het bevel van een in het midden van de boot staande leider.
Een waka taua is een ceremoniële kano, geladen met kracht van de voorouders. Deze waka werden beschouwd als tapu - heilig: vrouwen noch voedsel waren aan boord toegelaten. Daarom werd er voor het museum ook een waka tete gemaakt; dit is een meer alledaagse kano, waar ook vrouwen en kinderen in mogen varen.
Waka taua’s dragen persoonlijke namen die historisch weerklinken; ze vertegenwoordigen de trots en het prestige van de hapū (substam).
Waka zijn diep verbonden met de whakapapa - de stamboom van de voorouders - die teruggaat tot de mythische waka waarmee de eigen groep in Aotearoa aankwam. Maar waka zijn ook verbonden aan het ontstaan van de Nieuw-Zeelandse staat.
Op 13 december 1642 zeilden twee Hollandse schepen - de Heemskerck en de Zeehaen - onder bevel van kapitein-luitenant-ter-zee Abel Tasman een baai van een voor hen onbekend land binnen, aan de noordelijke punt van Zuidereiland. De mensen die er woonden reageerden vijandig en Tasman maakte dat hij weg kwam. Thuis werd het nieuwe land als Nieuw-Zeeland op de kaart ingetekend.
Het duurde meer dan een eeuw voor een andere Europeaan - James Cook - de kust aandeed. Maori dreven handel met de nieuwkomers die onder meer vlas en hout nodig hadden voor hun schepen. Er braken felle oorlogen uit. Maori zijn nooit echt overwonnen maar honderdduizenden kolonisten en de ziektekiemen die zij meebrachten verzwakten hun macht.
Isaac Gilsemans reisde mee met Abel Tasmans expeditie in 1642-1643. Hij maakte een aantal tekeningen van Noordereiland waaronder de schermutselingen in Moordenaarsbaai - nu Golden Bay. Zijn tekeningen vormden de eerste kennismaking voor Europeanen.
In februari 1840 sloten Britten en Maori een overeenkomst - het Verdrag van Waitangi, in de Maori taal Te Tiriti o Waitangi. Meer dan vijfhonderd Maori leiders - maar ook velen niet - signeerden het verdrag dat aan Maori dezelfde rechten en privileges zou verlenen als aan de Britten. De soevereiniteit over het land zou aan de Britse kroon toevallen, terwijl de leiders hun traditionele bevoegdheden behielden. Het verdrag werd in de Engelse tekst én de Maori taal opgesteld. De bewoordingen in het verdrag waren anders en werden verschillend opgevat. De leiders meenden dat zij hun grondgebied en grondstoffen gevrijwaard hadden.
Te Tiriti o Waitangi is de grondslag van de Nieuw-Zeelandse natie en wordt sinds 1934 jaarlijks gevierd. Maar de onenigheid blijft, en groeit, zeker de laatste decennia met het ontwaken van een nieuw Maori zelfbewustzijn en claims op Maori grondgebieden.
Voor de 150ste verjaardag van het verdrag in 1990 werden een-en-twintig nieuwe ceremoniële waka taua’s gemaakt. Tijdens de viering van Waitangi Day worden waka’s van verschillende stammen naar de monding van de Waitangi rivier gebracht om de nationale dag te herdenken. Een van de meest indrukwekkende boten is de ceremoniële waka met de naam Ngatokimatawhaorua. Deze 35,7 meter lange waka werd in 1940 gebouwd voor de honderdjarige herdenking van het Verdrag van Waitangi. Deze waka kan tachtig peddelaars en vijfenvijftig passagiers dragen. Een vloot van ten minste dertig waka’s escorteerde Ngā tokimatawhaorua naar Pewhairangi Bay (Bay of Islands).
Wil je meer weten over de samenwerking met de Maori houtsnijders in Leiden en hun ambachtelijke vakmanschap? Bekijk onderstaande video: