Martin Baeten

Belgische beeldhouwer Martin Baeten schenkt unieke collectie Oceanië-kunst aan Wereldmuseum

“De conservator liep naar een trommel en zei ‘wow’. Toen brak mijn hart.”

Met die woorden beschrijft de Belgische beeldhouwer Martin Baeten het moment waarop hij wist: zijn levenswerk heeft een nieuw thuis gevonden. Na meer dan vijftig jaar verzamelen schenkt hij zijn uitzonderlijke collectie etnografische objecten uit Oceanië aan Wereldmuseum.

Een leven lang verzamelen

In zijn woning in het Belgische Gistel wijst Baeten op een smalle oorlogskano met een gesneden krokodillenkop. Het is slechts één van de bijna 500 objecten die hij door de jaren heen verzamelde tijdens zijn vele reizen naar onder meer Papoea-Nieuw-Guinea, Vanuatu en de Salomonseilanden. Trommels, sculpturen, huisdecoraties – elk object vertelt een verhaal. “De collectie uit elkaar halen zou pijnlijk zijn,” zegt hij. “Daarom wilde ik dat ze samenblijft.”

Onderhandelen met de chief

Sommige objecten kwamen pas na lange onderhandelingen in zijn bezit. Zoals de ‘moederdrum’, een groot en zeldzaam exemplaar dat hij pas jaren na zijn eerste ontmoeting kon kopen. “De kleine drums mochten in principe allemaal verkocht worden. Maar voor de moederdrum moest ik eerst het vertrouwen winnen van de gemeenschap.” De verkoop werd uiteindelijk ceremonieel voltrokken, waarna de drum door meerdere mannen werd gedragen en via zee naar Europa vertrok.

© Martin Baeten
© Martin Baeten

Een kunstenaarsblik

Baeten verzamelde niet als etnograaf, maar als kunstenaar. “Ik keek niet naar museale waarde, maar naar schoonheid en vakmanschap,” vertelt hij. Zijn fascinatie begon aan de Academie van Antwerpen, waar hij les kreeg van Adriaan Claerhout. Sindsdien reisde hij vijftien keer naar Oceanië, vaak maandenlang. “Ik had ooit een foto gezien van een namangi en vroeg me af: waar is dat? Toen heb ik het opgezocht op de kaart en ben gegaan.” Over elk object weet hij iets bijzonders te vertellen – van een tand in een houten ladder tot een varkenskopje met een baard van spinnenwebben. 

Een tijdcapsule voor de toekomst

De collectie werd jarenlang tentoongesteld in zijn eigen galerie. Toen duidelijk werd dat Belgische musea geen plek konden bieden, kwam Wereldmuseum Leiden in beeld. “Wat Martin aan Leiden geeft, is een tijdcapsule,” zegt conservator Oceanië Wonu Veys. “In Papoea-Nieuw-Guinea worden steeds meer traditionele objecten vernietigd door evangelische christenen die ze als ‘heidens’ beschouwen. Deze collectie bewaart dat erfgoed voor de toekomst.”

Verbonden door verhalen

De schenking is bijzondere bijdrage aan het realiseren van de missie van Wereldmuseum: inspireren tot een open blik op de wereld en bijdragen aan wereldburgerschap. De objecten in de collectie zijn stuk voor stuk getuigenissen van universele menselijke ervaringen – van liefhebben en rouwen tot vieren en vechten. Door deze verhalen te delen, vergroot het museum het besef van onderlinge verbondenheid tussen mensen wereldwijd.

© Martin Baeten
© Martin Baeten

Een geschenk aan de gemeenschap

Baeten twijfelde geen moment toen hij merkte dat zijn collectie in goede handen zou zijn. “De bewoners van Oceanië reizen ook. Ze zullen deze stukken altijd kunnen bekijken in het Wereldmuseum, dat actief samenwerkt met gemeenschappen. Ik zie dat als een geschenk aan de gemeenschap.” Zijn partner Djachra Apil vat het mooi samen: “Martin wilde drie dingen: dat de collectie bij elkaar bleef, dat er goed voor gezorgd werd, en dat mensen ervan konden leren en genieten.”

Twee objecten hield hij zelf: een yipwon – een voorouderbeeld met haakvormige ribben – en een varkenskopje van Banks Island. “Omdat ze me dierbaar zijn. Maar verder? Bijna alles gaat weg. En dat voelt goed.”